Quality time
’t Is wat. Hoe fijn is het om als baasje, als ouder of als geliefde even wat tijd vrij te maken voor je huisdier, je kind of je partner. In veel huisgezinnen noemen ze dat ‘quality time’. Een prachtig begrip.
Ik hoor u al geruime tijd denken: “Hoe zou het toch zijn met zijn nieuwe werkplek?” Fijn is dat, al dat medeleven van de trouwe lezers. Waar zou ik zijn zonder trouwe lezers? Gewoon thuis, achter de pc, waarschijnlijk. Ook zonder trouwe lezers gaat mijn leven gewoon door, hoor. Maar het idee dat ik trouwe lezers heb, maakt het leven er wel een flink stuk aangenamer op! En de nieuwe werkplek is overigens óók aangenaam! Dank u dat u het vraagt.
Minder aangenaam is het op straat. Godskolere, wat is het koud! Schreef ik eerder dat ik dankzij die nieuwe werkplek niet meer in die stinkende streekbus hoef en lekker op het fietsie naar het werk kan, welnu: met dit soort takkenweer verlang ik wel eens terug naar een stinkende doch prettig warme streekbus. Min vijf was het vanmorgen! Nu ben ik niet onderweg náár het werk, maar kom ik er vandaan. Terwijl ik terug naar huis pedaleer, heerst er weliswaar geen matige vorst meer, maar zit de temperatuur toch nog wel rond het vriespunt. En dan nog is er zoveel gezeur over opwarming van de aarde! Het vooruitzicht van de knus warme woonkamer is een prettig vooruitzicht.
Vooralsnog is het nog niet zo ver. Naar huis is namelijk nog best ver. In totaal doe ik er wel een half uur over. De kille wind blaast in mijn kruis. Koude ballen. Ook niet fijn. Ik voel mijn scrotum samenknijpen. Veel tijd om me zorgen te maken over de toestand van mijn testikels krijg ik niet. Want er is zoveel te zien op straat!
Wat moet het vreselijk zijn om met dit weer een hond te hebben. Moet je dat mormel nog uitlaten ook. Even de voordeur opengooien en het beest de straat op schoppen is ook een optie, maar dat zie ik niemand doen. Wél zie ik een man in dikke winterjas met een kutkeffer aan de lijn. Hij heeft de riem in zijn linkerhand en met zijn rechterhand heeft hij iemand anders aan de lijn. Driftig is hij in gesprek, terwijl zijn huisdier de neus begraaft in de drek langs de kant van de weg.
“Toch onbegrijpelijk dat ze dat soort types zo’n functie geven,” hoor ik de man in zijn modebieltje roepen.
Even verderop loopt een mevrouw, óók met een hond aan de riem. En verdomd, ze loopt te bellen.
“En ik zeg nog zo tegen Annie dat ze dat niet moest doen, maar je weet hoe ze is, hè?” gilt ze bijna in haar modebiel. Haar tochtige hond blijft haar verwachtingsvol aankijken, waarschijnlijk in de veronderstelling dat ze het tegen hem heeft.
“Leuk zo’n hond,” bibber ik. “Je hebt er echt fijn gezelschap aan.”
Je kent het fenomeen wel. Als je iets futiels hebt gesignaleerd, valt het steeds meer en meer op. Zo ook de modebiel bellende hondenuitlater. Om de paar meter zie ik ze nu. Het lijkt wel of íédereen die een blaffert uitlaat, van die gelegenheid gebruik maakt om zijn beltegoed op te maken. De honden waggelen er maar mistroostig naast. Quality time voor de hond.
“Hee, kijk daar!” wil ik bijna juichen. “Eindelijk eens iemand zónder hond!” Het is een jonge vrouw die een kinderwagen voor zich uit duwt. Als ik dichterbij kom, slaat mijn joecheistemming drastisch om. Ze heeft dan geen hond, wél loopt ze te bellen. “Wat? Waar ben jij? Wat moet je daar nou?”
En dáár! Een vader met kind aan de hand. Leuk, zo’n huisvader. Van hem heb je geen last. Hij loopt een modebiel tegen zijn oor te drukken en voert een verhit telefoongesprek. “Mocht het nou niet lukken met die order, laat me dat dan nog even weten, want dan bel ik straks zelf nog wel even met die gasten.”
Het kind, een meisje van een jaar of vijf, roept: “Papa, ik heb het zo koud!”
“Stil nou ’s even! Papa is even aan het praten, ja?” Quality time voor het kind.
Even verderop zie ik een jong stel. Ach, wat schattig. Ik zie ze op de rug. Ze hebben de armen om elkaar heen geslagen. Zo houden ze elkaar lekker warm. Wat moet het heerlijk zijn om zo verliefd te zijn. Voor ik het weet zit mijn kop vol fantasieën. Dat ik ook over straat mag lopen met een warm meisje dicht tegen mij aan. Zó is het niet erg om de kou te moeten trotseren. En dan bij thuiskomst iets met een berenvel en een glaasje glühwein. En allerlei lichamelijke intimiteiten, waarom ook niet? Mijn ballen bewegen weer. Maar wat is dat? Ik passeer het verliefde stel. Hij is druk in gesprek, maar niet met haar. Wat krijgen we nou? Hij heeft zo’n oortje in en loopt tegen de kat z’n kut te kletsen! “Is goed, als jij nou voor bier zorgt, dan neem ik het andere spul mee. Ik heb nog wat megapaddo’s. Dat wordt weer een woepie-avond!”
Het meisje kijkt verveeld de andere kant op. Quality time voor de liefde van je leven.
’t Is wat. Hoe fijn is het om als baasje, als ouder of als geliefde even wat tijd vrij te maken voor je huisdier, je kind of je partner. In veel huisgezinnen noemen ze dat ‘quality time’. Een prachtig begrip. Maar wat ik zie is dat de baas, ouder of geliefde een modebiel gesprek belangrijker vindt dan dat moment van persoonlijke aandacht.
Ik heb me al wel eens vaker kwaad gemaakt over modebiele telefonie en hoe die echt menselijk contact naar de knoppen helpt. Maar dat heeft niet geholpen. Als ik in een persoonlijk gesprek ben met iemand en bij de iemand gaat de modebiel af, dan gaat die vóór! Iedereen moet altijd overal bereikbaar zijn, koste wat het kost. Wat ik hier in een half uurtje fietsen naar huis te zien krijg, is niet alleen een teken van de onpersoonlijkheid van de hedendaagse communicatie, maar ook regelrechte verwaarlozing van hond, kind en partner.
Inmiddels ben ik bij mijn huis aangekomen. Snel parkeer ik mijn fiets en haast ik mijzelf naar binnen, de warme woonkamer in. Daar ligt zoonlief op de bank, kijkend naar een of ander achtervolgingsprogramma op de commerciële zender.
“Huh?” zucht hij geërgerd. “Wat ben jij vroeg!”
“Ja, ik had niet veel meer te doen en dacht: ik ga een half uur eerder weg. Lekker gezellig thuis.”
“Wil jij nog wat zien?” vraagt hij.
“Wat bedoel je?”
“Niet dus.” Met de afstandsbediening knipt hij de televisie uit. Hij staat op en loopt naar de trap. “Roep me maar voor het eten. Mama belde net, die komt laat.”
Quality time voor mijn kind. Heerlijk! Ik loop naar de stereo en ga eens fijn headbangen op de kötherrie van King Crimson.
Apeldoorn, januari 2008