bazbo – de wereld van Bas Langereis, het middelpunt der aarde

Bas Langereis leest u voor!

31-07-2025

Heet – Lotgenoten (0073)

Filed under: Publicaties voor FOK! - 2025 — bazbo @ 01:00

Lotgenoten,

Heet. Benauwd. Wie gaat er dan ook met dit weer hardlopen? Ik. Bovendien: het is nog vroeg op de ochtend. De wekker ging op de gebruikelijke tijd. Vijf uur. Drie kwartier later ben ik op weg. Het is nog redelijk koel. Mijn route gaat door het centrum van ons zo majestueuze Apeldoorn. Ik woon in het centrum van ons zo majestueuze Apeldoorn, vandaar. Al rennende kom ik langs een sprengetje en dat volg ik tot ik het centrum van ons zo majestueuze Apeldoorn uit ben, dan slingert het pad zich door een bos en door een landgoedje en uiteindelijk kom ik dan langs het kanaal. Dan volg ik het fietspad langs het kanaal weer terug naar het centrum van ons zo majestueuze nou ja nou weet u het wel, hè? Inmiddels was de temperatuur al fiks gestegen. De zon was boven de skyline van ons zo majestueuze enzovoorts uit gekomen en brandde al fel. Met dat ik bij het eindpunt van mijn hardloopronde ben aangekomen (lees: het appartementencomplex waarin ik woon), gutst het transpiratievocht van mijn voorhoofd, over mijn rug en doordrenkt het mijn hele lijf. Zeiknat ben ik.

In het entree van ons appartementencomplex is het dan weer lekker koel. De verlichting is uit, maar als ik binnen kom, springt het aan, dankzij een sensor. Aan de muur hangt een prikbord, waar het bestuur van de Vereniging van Eigenaren nieuwtjes ophangt. Wanneer we weer vergaderen, wanneer de glazenwasser komt, waar we op moeten letten bij het veilig houden van het complex en meer van die dingen. Er zijn geen bijzonderheden of nieuwtjes, zie ik.
Op de tweede verdieping woon ik. Er is een lift, maar die gebruik ik zelden of nooit. Ja, als ik mijn fiets uit het souterrain haal of als ik meubilair of zware spullen versjouw, dan wel. Zo lang ik het kan, maak ik zo veel mogelijk gebruik van de trap.

Onze woning bevindt zich aan het eind van de galerij. Niemand die dus langs onze voordeur of het raam van onze slaapkamer voorbij komt. In het portiekje trek ik mijn hardloopschoenen en sportkleren uit. De schoenen en sokken gaan in een kastje en de kleren hang ik aan een knaapje dat aan de muur hangt. Zo kan de boel uitwaaien. Op zondag gaat alles in de was.
Mijn onderbroek trek ik ook uit. Ik open de voordeur en loop naar de badkamer. Daar stop ik mijn onderbroek in de wasmand.

In de keuken drink ik driekwart liter water. Vervolgens kan ik gelijk naar het toilet om er een heleboel vocht uit te laten vloeien. Dan even uitblazen en afkoelen. Ik loop naar de woonkamer. De deur naar het balkon staat open en ik neem plaats op een van de loungestoelen.
Het is nog doodstil op straat. Ons zo majestueuze Apeldoorn moet nog wakker worden. Ik zit zonder kleren aan en met een zacht windje op mijn huid op het balkon. Het is heerlijk.

Dat balkon is met mooi weer onze tweede huiskamer. We hebben de zon ’s morgens aan de galerijkant. Het balkon bevindt zich aan de straatzijde en daar is de gehele dag tot een uur of vier of vijf schaduw. Heerlijk koel. Een vorige eigenaar heeft het balkon voorzien van glazen schuifpuien. In de winter en als het regent doen we die puien dicht. Nu staan ze wagenwijd open. Als het buiten heel warm is, zetten we ook de voordeur open en dan waait het lekker door; zo houden we het fijn koel in huis.

Gewoontegetrouw scrol ik op dit moment door de paar sociale media op mijn telefoon. Er is veel naar wereldnieuws, er zijn clips van gave muziek te bekijken en ik zie grappige berichten. Na een tijdje stuit ik op een foto die iemand ergens heeft geplaatst. Op de foto staat niet hijzelf, maar een jongedame. We zien haar van achteren, als ze een meertje in een bos of park uit loopt. Zonder kleren. Haar blonde krulharen hangen over haar rug. In de spiegeling van het water zien we haar nogmaals, maar dan op de kop: mooie dame, mooie billen. Blote billen. Ik word er een beetje heet van. Heter dan dat ik al ben. Al gauw kruipt het bloed waar het graag naar gaat.

Plots zie ik vanuit mijn rechterooghoek beweging voor het balkonraam rechts. Wat is dat? Een vogel? Een insect, een hommel of zo? Ik kijk op.
Het is de glazenwasser, in het bakje van een hoogwerker. De glazenwasser? Maar er hing geen aankondiging op het prikbord in de hal. Mooi dat hij er is hoor, die glazenwasser. Hij neemt altijd de ruiten van onze balkonpuien mee. Dat scheelt ons een link klusje. Ook al is het slechts twee hoog; mijn hoogtevrees – 
Wacht. Er valt een kwartje. Ik zit hier in mijn blootje. Enigszins verhit met een halfharde piel te staren naar de foto van een naakte madam. Barst, de glazenwasser!
Die gast kan zo naar binnen kijken. Hij is nog niet heel dichtbij en op werkhoogte voor onze balkonramen, maar hij komt er wel aan. Snel sta ik bukkend op en schuif ik de puien dicht. Dan ga ik naar binnen en doe ik vlug de inbetweens achter me dicht. Met een beetje mazzel heeft hij me niet gezien.

De douche is heerlijk verfrissend. Als ik nog geen tien minuten later volledig gekleed weer terug ben op het balkon, is die glazenwasser in geen veld of wegen meer te bekennen. De ruiten zijn wel mooi schoon.

Wat een avonturen weer.


Apeldoorn, juli 2025

Hier lees je ‘m op FOK!.

• • •
 

Geen reacties »

No comments yet.

RSS feed for comments on this post.

Leave a comment