De vertraging
Het was best gezellig in de stilstaande trein naar Sittard. Er lag iets op de rails, zo wist ik te ontcijferen, want die omroepinstallaties van de Nederlandse Spoorwegen dateren nog uit de Tweede Wereldoorlog. Nu kon ik wel als een dolle stier enkele coupés tot wild natuurgebied verbouwen, maar je zit toch met meer mensen opgescheept. En dat schept een band, of je nu wil of niet.
Zo zat tegenover mij een man ongestoord een boek te lezen. ‘Hoe ik de modulatie in moderne muziek vermijd,’ stond op de kaft. Een muzikant, zo oordeelde ik. En jawel hoor, naast hem op de bank lag een koffer met daarin vast een muziekinstrument. Al moet je daar op de dag van vandaag ook mee uitkijken. Voor je het weet houd je een tuba voor een volautomatische magnum.
De trein stond nu al zo’n tien minuten stil. Ik ben normaliter niet zo van het ’tijd doden’; ik heb wel iets beters te doen. Maar dit leek mij wel een uitgelezen moment om de man, muzikant wellicht, te vragen of-ie wat op z’n volautomatische magnum wilde spelen. Ik kreeg meteen een kleur en verbeterde me snel. “Ik bedoel natuurlijk tuba, beste man,” waarop de onbekende zijn koffer openklapte en me daar een solo gaf die ze in Kerkrade tijdens het ‘Bronsconcour’ nog nooit gehoord hebben!
In plaats van dat de coupé met man en macht kwaad op de man met de tuba dook, werd er vrolijk meegefloten, gezongen en zelfs uitbundig gelachen. Een polonaise werd ingezet, ramen met zelfgemaakte slingers versierd, links en rechts klonken er huwelijksaanzoeken, en er werd zelfs een gedicht voorgedragen.
Een prachtige dame met lang blond haar en fel blauwe ogen kwam de coupé binnen gewandeld met de mededeling dat ze een man zocht voor een nacht ijs. Dat vond ik zó origineel gevonden dat het me haast ontroerde. Ze droeg een zomers rokje in de kleur blauw. Ze had een paar stevige benen en droeg een kanten slip die een klein stukje boven het rokje uitstak. Twee volle watermeloenen bolden haar sportieve topje op.
Gulzig keek ik haar aan en ik hoopte dat ze mij zou kiezen voor een stevige vrijpartij in de eerste klas coupé. Maar zoals zo vaak werd pudding tarzan ingeruild voor een echte hunk met valse beloftes.
Ze vertrokken samen hand in hand naar de eerste klas. Ik kon het niet laten om stiekem door de automatische schuifdeuren het jonge stel te volgen.Er volgde een omroepbericht. Dat het nog wel even kon duren allemaal. Er lag iets op de rails waarvan de honden geen brood lustten, zo werd gezegd. Prompt daarop staken de twee schitterende benen van de blonde femme fatale de lucht in. Ik wendde mijn hoofd af; zoveel hoefde ik ook weer niet te zien.
Ondertussen ging het feest in de trein in alle hevigheid door. Er werd gesnoven, gespoten en gerookt. Vieze blaadjes werden uit de keurige, poepbruine aktetassen gehaald. Een zakenman stond stiekem in een hoek te masturberen. De man tegenover mij stopte plots met tuba spelen en barstte in snikken uit. Zijn vrouw had hem enkele uren voor deze treinreis verlaten.
Opeens had het hele treinstel wel iets om over te grienen. De een had een incestverleden achter zich dat weer naar boven kwam, de ander een oorlogtrauma. Ik had tot dusver niets. Het viel mij op hoe rustig en behouden ik eigenlijk op dit zooitje ongeregeld reageerde.
Een zwaarlijvige dame met een zakje drop kwam naast me zitten. Ze zei verder niets. Ze stak een voor een een dropje in haar mond. Ik voelde me ongemakkelijk en wilde nu wel eens weten of we de reis konden voortzetten. De hele coupé was bij elkaar in de armen gevallen. Er werd getroost, gezopen en gebruikt. Iemand stelde voor een kampvuur te maken.
Hoewel ik niet vol in het feestgedruis meeliep, voelde ik me wel thuis. De warmte was overweldigend en het broederschap ongekend.
Na anderhalf uur gingen de deuren van de trein open. Iedereen werd verzocht het treinstel te verlaten en verder te gaan per taxi. Die werd vergoed door de NS. Er klonk gejuich.
Eenmaal buiten stond ik weer alleen. Zul je altijd zien.
Juni 2008