bazbo – de wereld van Bas Langereis

Bas Langereis leest u voor!

02-07-2008

Winterverhalen (2)

Filed under: Publicaties voor FOK! - Tim's corner — bazbo @ 21:24

Regel een in het woelige liefdesleven van mezelf: meisjes mogen onder welke omstandigheden dan ook, al zijn deze nog zo erbarmelijk of misschien wel onverdraagbaar danwel dodelijk, op geen enkele wijze verdriet hebben. Geen traan mag hun iris verlaten en verdwijnen in de door mij persoonlijk zacht gestreelde huid.
Degene die het in haar hoofd haalt verdriet te uiten in mijn blikveld dient hetzelfde moment nog te vertrekken en niet weder te keren. Een meisje met tranen geeft mij het gevoel te hebben gefaald. Zeker na een schitterende vrijpartij kan het zo’n afknapper zijn. Tenzij dit meisje moet huilen omdat het hele liefdesspel haar teveel geworden was.
Bezorgd vroeg ik voorzichtig wat er loos was.

“Wat is er loos?”
“Het spijt me zo…”
“Dat je huilt is zonde. Zeker omdat we zonet nog heerlijk klaargekomen zijn. Nu voelt het net alsof je een prachtige vakantie hebt geboekt en vlak daarna telefoon krijgt van je baas dat door onderbezetting de vrije dagen opnieuw verdeeld dienen te worden. Maar kom, voor de draad ermee.”
“Ik weet het niet…ik vertrouw je wel, maar…”
“Vertrouwen is de spil van een liefdesrelatie. Ik ben al vele malen in het leven bedrogen, maar telkens bleek er achteraf ook geen vertrouwen te zijn. Dan verweet de een dat en de ander dat. Daarover gesproken… heb je misschien nog een leuke zus?”

Ze snikte hevig en stond op het punt hysterisch te worden. Ik zag de bui al hangen. Haar ouders zouden nu haar kamen binnenstormen en me naakt de straat op smijten. Snel legde ik mijn hand op haar mond om zo verder dramatisch geluid te voorkomen. Ze keek me angstig aan, maar ik wist tenslotte haar gerust te stellen door haar bezwete rug lieflijk te strelen. Ze leek iets meer tot rust te komen en sloot haar armen om mijn lichaam heen. Zachtjes beet ze in mijn schouder.

“Sorry, dat was een misselijke grap van mezelf. Je hebt niet eens een zus en bovendien ben ik ehm… volgens mij… verliefd op je. Maar stel je daar niet teveel van voor, hoor! Je hoort er wel eens over in liedjes op de radio, dat het allemaal helemaal te gek is en zo… en dat je er beter door gaat uitzien en puistjes verdwijnen en dat soort gekweel…”
“Ik ben ook verliefd op jou of… of mag ik dat niet zeggen?”
“Ach, het hoge woord is er nu uit, dus ik zal het je niet euvel duiden. Maar moest je daarom dan janken?”
“Nee, nee dat is het niet. Zou je me misschien een glaasje water willen brengen? Je vindt de kraan in de badkamer en een bekertje staat op het nachtkastje.”

Met flinke tegenzin stapte ik het koude bed uit en nam me voor na deze nacht niet meer terug te keren naar dit huis en het meisje. Ik bedoel: als het gezeik nu al ging beginnen met het halen van allerhande versnaperingen om zo de emoties in het gareel te laten houden, dan zag ik het redelijk duister in wat betreft eventueel verder verblijf. De nacht zou ik nog wel uithouden, maar met de ontbijttafel wilde ik in geen geval kennis mee maken.
In mijn blote kont stond ik even later in de badkamer haar bekertje te vullen met kraanwater. De wasbak zag er uitermate schoon uit, de spiegel glashelder en ook het toilet leek vanuit mijn ooghoeken gezien prima in orde. Nadere inspectie leerde mij zelfs te kennen dat het sanitair brandschoon was. Een propere familie dus. Dat zou nog wat worden als ik hier nog eens ongeschoren en naar drank ruikend aan de deur zou staan en om onderdak zou smeken. Maar zover waren we nog lang niet. Eerst deze nacht zien door te komen.

Houd ik eigenlijk van haar? Dat bedacht ik me op zeker moment toen ik de kraan sloot. Het bekertje was tot de rand toe vol. Om morsen te voorkomen nam ik een heel klein slokje water en dacht na. Houd ik eigenlijk van haar? Wel, verliefd was ik zeker en de manier waarop ze me zonet ontdaan heeft van een geladen spanning was dik in orde. Het moment van haar biggelende traan, het snikken en het kenbaar maken ergens mee te zitten, zorgden voor een onderkoeling in mijn hart en ziel. Geen idee hoe het komt; ik kan er gewoonweg slecht mee omgaan. De maan scheen door het venstertje van de badkamer en verlichtte de badkamerdeur. Als die straks open zou gaan had ik een probleem. Dan zou hoogstwaarschijnlijk pa of ma tegen mijn blote lul aankijken. Wat deed ik hier nog? Genoeg stof tot nadenken dus.
Stilletjes sloop ik de badkamer uit. Toen ik weer terug in de meisjeskamer was, zat ze met haar trotse tietjes rechtop in bed een beetje treurig voor zich uit te staren.

“Dank je, dat je zo lief wat water voor me hebt gehaald,” sprak ze op een zacht zielig toontje. “Er zijn niet veel jongens die dat doen hoor…”
“Heb je regelmatig kerels over de vloer dan?”
“Dat valt wel mee… zo nu en dan. Een keer per week. Alleen in het weekend. Meestal op zaterdag. En alleen als ik genoeg gedronken heb, anders durf ik niet hoor.”
“Ik doelde niet op je wekelijkse sekslolletjes. Eerder op echte liefde, wat dat dan ook moge zijn.”
” Echte liefde zit in een glas water.”
“Je bent een rare. Eerst janken en nu dat geëmmer over water…”
“Ik zal je vertellen wat er aan de hand is, maar dan moet je beloven deze nacht bij me te blijven.”
“Tja, ik heb weinig keus en bovendien niets te verliezen. Dus steek maar van wal.”
“Nou zeg, je mag best wat geïnteresseerder zijn in…”
“Pardon, ik kan nu eenmaal slecht tegen verdriet. Dat stemt mijn humeur mineur, oké? Nu, vooruit…”
“In mijn leven ben ik in totaal zo’n vijf keer verhuisd. Dat is op zich niet zo bijzonder natuurlijk, het probleem is meer dat ik de vorige keer… niet bepaald vrijwillig moest vertrekken.”

Ik luisterde vol aandacht, wat meteen verklaart waarom ik mijn mond hield. Ze liet een kleine stilte vallen, dronk een slokje water en vertelde verder.
“Het begon allemaal als een roddel in de stamkroeg van mijn vader. Hij kwam daar twee maal per week op vaste tijden om zijn vaste pils te drinken. Drie pils en een klein bakje met nootjes. Daarna ging hij steevast naar het toilet, bestelde nog een kleintje pils en ging vervolgens weer naar huis. Het ging nooit anders. Precies volgens dit autistisch principe. Op een avond werd hij door iedereen achterdochtig aangekeken. Niemand wilde een praatje met hem maken. Het stemde hem zeer treurig en voor deze ene keer liet hij het derde pilsje staan om naar huis te gaan. Maar bij de uitgang van het café werd hij tegengehouden. Een man hield hem staande en sloeg hem drie keer hard in de maag. Mijn vader zakte op de grond en ze hebben hem daar laten liggen. Later heb ik gehoord dat ze hem ook nog tegen zijn hoofd hebben geschopt. Hoe dan ook, toen hij ontwaakte hebben ze hem nog een paar klappen op zijn gezicht gegeven. Mijn moeder was al vreselijk ongerust, had de kroeg al tien keer gebeld en zo. Maar ze namen niet op of zo. Vervolgens probeerde ze nog de politie te bellen, maar die gingen niet meer kijken om twee uur in de nacht! Onvoorstelbaar!”
“Tja, de politie… je beste vriend. Tussen negen en vijf. Zondags gesloten. Het is me wat…toen ik die ene keer mijn oma kwijt was heb ik nog… Maar ach, dat is eigenlijk oninteressant. Sorry, ga verder.”
“Toen hebben ze pa in de kou gezet. Op de stoep. Rond een uur of vier in de nacht.”

Ze begon weer te snikken. Het deed me pijn haar zo te zien zitten op het onopgeruimde, naar seks ruikende bed. Zoveel pijn zelfs dat ik de rest van het verhaal niet meer wilde horen. Zelden heb ik me zo laf gevoeld. Ik kneep zachtjes in haar kussen toen ze haar angstaanjagende verhaal vervolgde…

November 2007

• • •
 

Geen reacties »

No comments yet.

RSS feed for comments on this post. | TrackBack URI

Leave a comment